Hey stelletje koukleumen!
Alles goed daar in Nederland? Hier wel! Ik zit nu in heerlijk warm Guangzhou (Kanton), in een heel koddig hostelletje met gratis internet, voor maar 60 yuan de nacht.
De afgelopen dagen stonden in het teken van rust. Dinsdag ben ik de hele dag bezig geweest met treinkaartjes regelen. Wat een gedoe, 90 balies, naar schatting 30.000 Chinezen (zonder te overdrijven) en NIET EEN Engels-sprekende spoormedewerker. Met veel wijzen naar een kaart en het veelvuldig uitprinten van treinkaartjes die onmiddelijk weer de prullenbak inkonden heb ik uiteindelijk een min of meer correct kaartje weten te krijgen; een hard-sleeper naar Kanton. Helaas naar mijn zin een dag te vroeg (ik had nog graag de muur willen zien), maarja, nu ik zo ver gekomen was had ik het niet de moed nog iets aan mijn bestelling te veranderen, met bijvoorbeeld het risico dat ik de volgende dag niet in Guangzhou maar in Ganzou zou zitten.
De volgende dag ben ik eerst naar het Hemelse park geweest, met de bijbehorende Hemelse tempel. Daar werd ik aangesproken door een uiterst eigenaardige dame, die me volgens mij een beetje warm probeerde te maken voor het idee samen met haar een revolutionaire cel te starten. Erg aantrekkelijk vond ik dat idee niet (ik houd niet zo van politiek), en het gesprek ging als vanzelf over in een vrij hevige discussie over waarom Chinezen spleetogen hebben. Ik zei dat ik geen idee had, en zij zei van wel. Uiteindelijk maar gewoon doei gezegd en de taxi gepakt naar het treinstation. Zes kilometer en een euro zestig verder uitgestapt, en twee uur rondgelopen op zoek naar de sporen. Reizen met trein en bus in China is, zonder kennis van het Mandarijn, niet echt aan te raden. Uiteindelijk bleek dat er negen wachtkamers waren, met in elke wachtkamer tweeduizend Chinezen en vier poortjes. Kut.
Gelukkig was ik (expres, ik dank god voor mijn vooruitziende blik) drie uur te vroeg aangekomen, en zat ik precies op tijd in mijn trein, op mijn hardsleeper, zonder vette snurkende Chinees. De daaropvolgende twaalf uur was ik van de wereld. Met het ochtendgloren opgestaan (dat doe ik altijd hier, ik weet niet waarom, maar ik vind de ochtenden hier heerlijk, waarschijnlijk omdat dat het enige rustige moment van de dag is), en de hele dag voor het raampje gezeten. Daar leerde ik dat China vooral uit rijstvelden bestaat, met af en toe een stukje kolenmijn of bos tussendoor. En soms een meer. Onderweg nog een paar leuke Chinezen tegengekomen, waarmee het heel gezellig handgebaren was.
En toen was het donderdagmiddag en was ik in Kanton. Heerlijk warm, heerlijk bier, heerlijke dim-sum en heerlijke vrouwen! Nu is het vrijdagavond en ik heb eigenlijk helemaal niks gedaan behalve mijn buik en ogen de kost geven. Of nuja, ik heb nog wel een treinkaartje gescoord: morgen pak ik alweer de trein naar Haikou, op het eiland Hainan, vanwaar ik door zal reizen naar Sanya, zo ongeveer het zuidelijkste puntje van China. Hier is de Chinese costa del sol, inclusief de lelijke gebouwen en volle stranden. Heerlijk.
Groeten uit het verre zuidoosten! En laat even weten hoe het in Nederland is!
Groetjes!
vrijdag 28 november 2008
maandag 24 november 2008
De eerste paar dagen in Beijing
Godverdegodver, ik heb mij gisteren beseft dat Dan en Cheeky John het toch niet zo goed met mij voorhebben als ik had gedacht; toen ik weer eens over het plein van de hemelse vrede liep werd ik weer aangesproken door twee Chinezen, met exact hetzelfde verhaal (een leraar Engels uit Xi' An met zijn knappe dochter die een weekendje in Beijing doorbrengen) die ook met mij een kopje thee wilden gaan drinken. Ik heb ze vriendelijk bedankt en ben behoorlijk pissig op mijn eigen naiviteit verder gelopen.

Ik ga er dus zo snel mogelijk vandoor. Daarom ging ik even snel alle must-sees er doorheen knallen. Allereerst de Verboden Stad.

Werkelijk gigantisch. Het hele gedoe bestaat uit een stuk of 8 compartimenten, gescheiden door wallen, waarop weer paleizen staan. Prachtig en enorm. Wat ik jammer vond was dat op de informatiebordjes niks te lezen was wat enige historische significantie had; de enige informatie die beschikbaar werd gesteld was door wie het gebouwd was, wanneer het gebouwd was, hoe hoog het was en hoeveel kilo stenen erin verwerkt zat. Misschien dat er simpelweg niet meer informatie beschikbaar was, maar daardoor werd het toch een beetje plaatjeskijken. Onderweg naar de bushalte had ik een beetje pech; ik kwam een groep van zo' n veertig Chinese vrouwen van middelbare leeftijd tegen, die allemaal individueel met mij op de foto wilden. Goedhartig als ik ben ging ik op het verzoek in.
Een uur later zag ik kans aan de middelbare vrouwen te ontkomen en heb ik bus 103 gepakt naar de Beijing Zoo, waar ik ben overgestapt op de 332. Deze nam me mee naar het zomerpaleis. Van een bus pakken in Beijing krijg je binnen tien minuten grijze haren. Ten eerste zijn alle busstops alleen aangegeven in het Chinees, ten tweede zitten er af en toe gaten in de vloer, ten derde rijden de chauffeurs als doorgesnoven josties.

De bewuste jostiebus
Maar de prijs is goed; voor twee yuan (circa twintig cent) heb ik de reis van ongeveer 40 kilometer naar het zomerpaleis kunnen maken.
Wat een verademing. Na amper een dag Beijing was ik het verkeer en de drukte al zo zat geraakt dat alleen al het wegvallen van het verkeer aanvoelde als een party in my pants. Want druk was het wel. Alle toeristische attracties in China worden namelijk overspoeld doorde nieuwe middenklasse van Chinezen. Wat bekendheid betreft, heb ik nu toch wel de belangrijkste attracties gezien. De verhouding Chinese toeristen / Westerse toeristen is naar mijn schatting 100000:5. Van die 100000 bevonden zich 40000 in het zomerpaleis. Met recht, want het is prachtig. Bruggetjes, parkjes, het gigantische meer, destijds uitgegraven door 100.000 arbeiders. Ik heb er verscheidene uren rondgelopen, genietend van het waterige zonnetje, de mooie meisjes en het prachtige landschap.
Tegen de avondschemering heb ik de bus terug naar het hostel gepakt, heerlijk avondgegeten ( ik weet nog steeds niet wat het allemaal was), en niet geslapen vanwege de Chinees van circa 120 kilo die verschrikkelijk snurkt (Jan is er niks bij!). Ik ga zometeen een bus proberen te regelen om mij morgen naar een bijzonder bergachtig deel van de Chinese Muur te brengen, en hoop daarna een treinkaartje naar Ji'an te kunnen bemachtigen.
Tot schrijfs!
zondag 23 november 2008
Aangekomen! Poehee!
Nou zeg, eindelijk zit ik weer eens. Heb net een paar uur door Beijing gelopen omdat ik, hoewel ik heel goed wist waar ik heen moest, een beetje moeite had met het lezen van de busmaps, die de stops enkel in Chinese tekens weergeven. Tijdens die voettocht, die vooral killing was voor mijn schouders (misschien de tas toch niet helemaal goed afgesteld), ben ik nabij het plein van de hemelse vrede een leuke vader met een nog leuker aanhangsel tegengekomen. Hoe ze heten weet ik nog steeds niet precies, maar volgens mij heette de vader Dan en de dochter iets van Cheeky John. Weet ik het. In ieder geval waren ze erg gezellig en buitengewoon geinteresseerd. Ik heb mijn halve pakje lucky's geruild tegen twee pakjes Chinese peuken (achteraf een slechte ruil, die dingen zijn niet te pruimen), en daarna zijn we thee gaan drinken. Heerlijke thee, maar van de rekening schrokken Dan, Cheeky John en ik wel; 500 yuan. We hadden er niet aan gedacht dat de prijzen in een zijstraat van de Verboden Stad toch wel een beetje onder invloed hadden kunnen staan van locatieinflatie.
Uit wraak hebben we alle mandarijnen die op de balie van die zaak stonden meegenomen.
Tot nu toe heb ik nog geen last van heimwee, al heb ik daar wel alle reden toe. Want wat een uitzwaaicomite! Jan, Caroline, Kaja, Sascha, Judith, Raaf, Max en Marcella stonden allemaal 's ochtendsvroeg in de barre kou op het Centraal Station, wat een bikkels! Qua tranen die om mij gelaten werden viel het een beetje tegen, maarja, je kan niet alles hebben. Die tranen komen nog wel!
Na mijn plaatsje in de trein opgezocht te hebben, werd ik er onmiddelijk weer van verwijderd door twee stokoude kuilengravers (Duitsers) die het absluut belachelijk vonden dat iemand zich zou kunnen vergissen tussen 58 en 85. Na een dikke fick du heerlijk geslapen tot aan Frankfurt. Daar had ik wel even een hachelijk momentje toen ik supernodig naar het toilet moest maar met mijn backpack niet in zo'n klein hokje paste. Probleem opgelost door een stalen blaas en endeldarm en supersnel inchecken.
Eenmaal van mijn last bevrijd een cafetje ingedoken en vrienden geworden met een Duitse Braziliaan die bij elke stewardess die langsliep helemaal uit en volgens mij ook in zijn naad ging. Vies mannetje, ik mocht hem wel.
De vlucht zelf was niets noemenswaardigs, en ik kwam de volgende dag om 12 uur 's middags in een heerlijk (vergeleken bij Nederland) weertje aan. 13 graden, zonnig en geen wolkje aan de lucht (denk ik, je kan de lucht niet echt zien door de superdikke smog die hier altijd lijkt te hangen). Nu ga ik lekker slapen, tot snel!
Uit wraak hebben we alle mandarijnen die op de balie van die zaak stonden meegenomen.
Tot nu toe heb ik nog geen last van heimwee, al heb ik daar wel alle reden toe. Want wat een uitzwaaicomite! Jan, Caroline, Kaja, Sascha, Judith, Raaf, Max en Marcella stonden allemaal 's ochtendsvroeg in de barre kou op het Centraal Station, wat een bikkels! Qua tranen die om mij gelaten werden viel het een beetje tegen, maarja, je kan niet alles hebben. Die tranen komen nog wel!
Na mijn plaatsje in de trein opgezocht te hebben, werd ik er onmiddelijk weer van verwijderd door twee stokoude kuilengravers (Duitsers) die het absluut belachelijk vonden dat iemand zich zou kunnen vergissen tussen 58 en 85. Na een dikke fick du heerlijk geslapen tot aan Frankfurt. Daar had ik wel even een hachelijk momentje toen ik supernodig naar het toilet moest maar met mijn backpack niet in zo'n klein hokje paste. Probleem opgelost door een stalen blaas en endeldarm en supersnel inchecken.
Eenmaal van mijn last bevrijd een cafetje ingedoken en vrienden geworden met een Duitse Braziliaan die bij elke stewardess die langsliep helemaal uit en volgens mij ook in zijn naad ging. Vies mannetje, ik mocht hem wel.
De vlucht zelf was niets noemenswaardigs, en ik kwam de volgende dag om 12 uur 's middags in een heerlijk (vergeleken bij Nederland) weertje aan. 13 graden, zonnig en geen wolkje aan de lucht (denk ik, je kan de lucht niet echt zien door de superdikke smog die hier altijd lijkt te hangen). Nu ga ik lekker slapen, tot snel!
Abonneren op:
Posts (Atom)